Psychotenstraat
ergens tussen de vrijwel volle
maan en het ochtendgloren
schreef ik de regels
niet een afwezigheid van alle narigheid
maar een aanwezigheid van iets moois
en ergens tussen slapen in schreef hij
dat kleine dingen groots worden en ik
geloofde hem (niet alleen in die contreien)
ik luister (synchroon) ik lees en voor het eerst
lijkt het wel of wij beginnen te (be/her)kennen
en dan komt de nacht (brengt vaak paniek)
bent u soms niet goed bij uw hoofd meneer? en voor
de laatste keer: houd toch je mond malloot
en wie is hier de idioot? de man die zijn huisraad
naar beneden smijt? of de man die hem bedreigt?
een buik vol bloed, maar dat zag ik niet
maar ik voel het in mijn eigen (bellen nu!)
tweemaal is scheepsrecht
zo ben ik ook / zo ben ik niet *
en ik mis het vorig uur
zeg eens iets fijns; zeg eens dat je me
heeeel lief vindt en lief zal zijn voor mij
dan ga ik je geloven (beloofd? beloofd!)
met twee woorden graag
papa help (en weet dat ik je mis)
0900 88 44
* doorhalen wat niet van toepassing is