De kipshoarma & de kat.
Op zaterdagavond had ik zin in kipshoarma. Gek genoeg was dat verlangen voortgekomen uit een droom die zich tijdens mijn middagdutje aan mij openbaarde. Dromen neem ik altijd bijzonder serieus, dus appte ik mijn beste vriendin of zij ook een droom over kipshoarma had gehad, en of ze zin had om dat die avond bij mij thuis te komen verorberen.
Ik woon in een flat in Groningen. Zo op het eerste gezicht een heel normale flat voor een vrouw van 31. Ik heb er regelmatig kleine jamsessies met mijn muzikale vrienden en "dinner parties" want dat vind ik altijd zo gezellig. Wat maar weinig mensen weten, is dat die flat onderdeel is van een begeleide woonvorm van Lentis. Mijn vriendin wist dat natuurlijk wel, en ze snelde zich naar mijn huis, alwaar wij weldra konden beginnen aan ons shoarmafestijn. Gezien de vroegte hadden we nog tijd voor een filmpje via Netflix, en we vonden dat deel 3 - deel 1 in de verhaallijn - van de Hannibal-serie met Anthony Hopkins wel geschikt was voor een avond vol vleeseterij.
Na het avondmaal, wat overigens voortreffelijk was - voor zover je een broodje shoarma voortreffelijk kan noemen - , gingen we naar mijn kleine tuintje om een sigaretje te roken en troffen we daar, zittend op mijn deurmat, de kat.
Een groot, zwart beest, in onze optiek een kater en nog niet zo oud, wat bij onze buitenkomst onophoudelijk begon te miauwen. Het dier leek bang en gedesoriënteerd. In de donkerte poogde ik hem aan te halen, maar op het gemiauw na werd onze aanwezigheid volledig genegeerd. Na een tijdje vlijde het beest zich weer neer op de deurmat; als een backpacker die zijn kamp voor de nacht opzet, moe maar standvastig, op een hoge berg in Frankrijk.
"Het lijkt wel of het beest denkt dat ie hier woont" zei mijn vriendin. "Weet je of de vorige bewoner hier een kat had? Het schijnt dat katten na een jaar nog de weg naar hun oude huis terug weten te vinden, of was het een half jaar?". Na een rekensom bleek dat deze kat dat dan na 14 maanden had moeten doen, en dat zou betekenen dat het over een vrij bijzonder kattengeheugen zou moeten beschikken. Hoe dan ook; dat valt te checken, dacht ik bij mezelf.
Ik pakte mijn telefoon en belde het nummer van de begeleiding.
Nou hebben ze hier in de woonvorm een groot team, ik schat het op een dozijn aan verpleegkundigen, en wanneer je besluit te bellen is het altijd maar de vraag wie je aan de lijn krijgt. Met sommige van de begeleiders heb ik een goede band. Anderen klikt het niet mee. Sommigen zijn kundig, anderen doen mij vermoeden dat ze zelf ook een tijdje in een begeleide woonvorm zouden kunnen verblijven. Maarja, een rondje Lentis is voor de meeste mensen an sich geen verkeerd idee.
Ik vroeg de man aan de andere kant van de lijn of de vorige bewoner ook een kat had gehad, of dat hij misschien wist of iemand van mijn medebewoners een zwarte kat heel erg aan het missen was. Hij antwoordde dat hij dat even moest navragen aan zijn andere, langer-hier-werkende collega's.
Inmiddels was het katertje naar binnen geglipt en was hij bezig met een onderzoeksronde door mijn woning. Mijn vriendin en ik zaten op de grond en sloegen het beestje gade, wat onze aanwezigheid nog steeds volledig negeerde. Toen ook het kralengordijn in de hal en het stof onder mijn bed nauwkeurig waren onderzocht, besloot de kat dat het tijd was te vertrekken via de achterdeur, zoals hij ook gekomen was.
Bij de volgende sigaret keken we nog of we hem zagen, maar nee, het zwarte dier was weer verdwenen in de evenzo zwarte avond.
Later op de avond bleek dat ik een voicemail had. Lentis. De man die ik eerder die avond had gesproken wist mij te vertellen dat er geen zwarte kater woonachtig was geweest op mijn adres, en dat ze niet wisten waar het beestje thuishoorde. Er werd mij geadviseerd een bakkie water neer te zetten, zodat het arme diertje in ieder geval wat te drinken had, en er werd me op het hart gedrukt dat het heel belangrijk was dat er mensen zijn die om dieren geven. Dit deed me grinniken. Niet alleen omdat het insinueerde dat ik nog lang niet voldeed aan alle aspecten waaraan je volgens het "huisdierenprotocol" moet voldoen voor je een dier mag in de begeleide woonvorm. Katten hebben blijkbaar water nodig, en ben ik erg belangrijk gezien ik om dieren geef. Meer nog deed het me denken aan de 16 jaar dat ik vegetarier geweest was, en dat ik zojuist het dierenleed had toegejuicht als een overfanatieke voetbalsupporter, dit met het naar binnen werken van een halve bak kipshoarma.
Toen mijn vriendin naar huis was en ik zo rond middernacht in bed lag, hoorde ik het beest weer scharrelen en miauwen bij mijn achterdeur.
Half gedrogeerd door mijn avondmedicatie en met een mengeling van irritatie en mededogen trek ik mijn badjas aan en loop ik naar de keuken om mijn nieuwe vriendje te voorzien van een bakje water.
Wanneer ik de deur open stuift de kat de tuin uit, alsof het een duivel heeft gezien.
Ik plant 't kommetje water op mijn terras en mompel "dan heeft 't arme diertje in ieder geval wat te drinken". En dan vervolg ik mijn nachtrust, dromend over kipshoarma.